Sterke werkwoorden
Sterke werkwoorden: tegenwoordige tijdA standaard: dezelfde uitgangen als het zwakke werkwoord in de tegenwoordige tijd maar… B een a in de stam wordt ä bij du/er/sie/es:
… als de stam eindigt op een -d, of -t wordt de vorm dan toch zo kort mogelijk:
Bekijk hier een uitlegfilmpje over deze a-ä wissel:
De e/i(e) Wechsel C lange e wordt ie:
D korte e wordt korte i:
Bekijk hier een uitlegfilmpje over deze e/i(e) wissel:
|
Sterke werkwoorden: verleden tijdVoordat je de uitgangen achter de stam kunt plaatsen moet je eerst weten (of opzoeken) hoe de stam in de verleden tijd eruit ziet. Bij sterke werkwoorden verandert die namelijk in de verleden tijd. In het Nederlands is dat ook zo. Bijv. in de tegenwoordige tijd: komen (stam: kom-), maar in de verleden tijd: kwamen (stam: kwam). A standaardgroep
B als de stam op een s-klank eindigt:
C als de stam eindigt op -d, -t :
|
Sterke werkwoorden: voltooid deelwoordHet voltooid deelwoord van een sterk werkwoord kun je niet met grammaticaregeltjes afleiden. Je moet het van ieder werkwoord opzoeken en los leren. |
Sterke werkwoorden: gebiedende wijsA als je tegen één persoon praat: enkelvoud: Gebruik dan de ich-vorm van het werkwoord Otto, kom eens hier ! als het een werkwoord met e/i- of e/ie wisseling is, komt die ook in de gebiedende wijs enkelvoud: B als je tegen meer personen praat: meervoud: Gebruik dan de ihr-vorm van het werkwoord Karl en Hans, geef dat meteen terug ! C beleefdheidsvorm: Gebruik dan de Sie-vorm van het werkwoord Meneer Siebert, help hem dan toch! |
s-klanken ?Werkwoorden waarvan de stam eindigt op een s-klank zijn bijvoorbeeld:
|