Actueel boek: Staalhelmen en curryworst

Germanist Jerker Spits schreef het boek: ‚Staalhelmen en curryworst‘ – „Een Duitse cultuurgeschiedenis in 15 fenomen“. Het is verschenen bij Van Oorschot.

Over het boek: „Iedereen heeft een mening over Duitsland, en Wikipediadiep gaat onze kennis meestal nog wel, maar waar zijn de verbanden? Germanist Jerker Spits etaleert in vijftien fenomenen waar de verbindingslijnen lopen die we niet automatisch hadden gezien. Van de mobiele telefoon van Merkel naar de Stasi, van de curryworst naar het Berlijn van nu, van de gebroeders Grimm naar Rammstein, van Bach naar Kraftwerk. Door die vele verbanden is dit de meest compacte en levendige geschiedenis van Duitsland die er is.

Staalhelmen en curryworst. Een Duitse cultuurgeschiedenis in 15 fenomenen vertelt in anekdotes en feiten hoe geweldig boeiend de Duitse cultuurgeschiedenis is, al tweeduizend jaar lang. Over de ‘witworstgrens‘, Erich Honecker als jager, en hoe de Kever van de nazi’s een auto voor hippies werd. Piet Paris tekende voor dit boek de vijftien fenomenen op zijn fraai gestileerde wijze.“

Duitse boekentips van boekhandel Godert Walter

godert-walter-erwin-allardZe bestaan nog: kleine, gespecialiseerde boekhandels met assortiment en kennis. Hier niet de gebruikelijke stapels bestsellers, koken, tuinieren, reizen en kinderboeken, maar literatuur in brede zin (ook mooie uitgaven van klassiekers bijvoorbeeld), geschiedenis, filosofie en – zoals het een Groningse lokale boekhandel betaamt – „Groningana“. Uw correspondent bracht onlangs een bezoekje aan de boekhandel Godert Walter en zijn eigenaren: Allard Steenbergen en Erwin de Vries. De laatste u wel bekend als onze voormalige – en zeer actieve – voorzitter van Levende Talen Duits. Erwin is het vak Duits trouwens niet ontvreemd: Hij heeft nog steeds een aantal uren Duits op het Willem Lodewijk Gymnasium in Groningen.

Nadat de enige Duitse boekhandel in Nederland – Die Weiße Rose in Amsterdam – moest stoppen, blijft er met boekhandel Godert Walter en zijn eigenaren in elk geval een boekhandel over waarin ook een flinke kast Duits staat – maar waar vooral de laatste ontwikkelingen in de Duitse literatuur op de voet gevolgd worden. Van de omzet van Duitse boeken kun je niet leven, en dat is ook niet de bedoeling van deze boekhandel. Die Mischung macht’s heet dat.

Het was zeker niet zonder risico om een kleinere boekhandel – de vorige eigenaar moest er om gezondheidsredenen mee stoppen – over te nemen. En in deze tijden een boekhandel overnemen klinkt niet op het eerste oog als een „groeibranche“. Maar de boekhandel heeft een goede naam, een trouwe klantenkring die niet de massa zoekt maar een eigen leesbehoefte heeft. Verder organiseert Godert Walter telkens weer bijeenkomsten en activiteiten die de aandacht trekken. Zo is er ook een Duits leescafé. Dit is geen luxe, het is nodig om telkens weer bezoekers en klanten te trekken. Kortom: het is veel uren maken, extra service verlenen (Erwin brengt de bestelling ook wel eens persoonlijk langs in de stad Groningen!) en telkens weer aandacht vestigen op het aanbod.

leescafe

Ook zijn Erwin en Allard regelmatig aanwezig bij evenementen waarin boeken centraal staan.

Handig – ook voor ons als docenten Duits is het overzicht van meistverkaufte deutsche Titel bei Godert Walter

Boeken kunnen ook via internet besteld worden en worden – ongeacht gewicht – voor 3,95 per post verzonden. Kijk hiervoor op www.duitseboeken.nl

banner-godert-walter

 

Nieuwe editie: „Didactiek van het vreemdetalenonderwijs“

didactiekNee, aandelen heb ik niet in deze titel of bij deze uitgeverij. Maar als ik één boek een onmisbaar boek vind voor docenten moderne vreemde talen dan is het dit wel. Hoewel het voor startende docenten vaak wat (te) theoretisch bleef, vond ik dat zelf juist een sterk punt. „Didactiek van het vreemdetalenonderwijs“ maakt duidelijk dat je je moet afvragen waarom je wat doet en maakt je ook bewust van de vaak impliciete keuzes die leergangen hanteren. Kortom: het scherpt de blik voor het dagelijkse werk wat we doen, waarin je nauwelijks stil kunt staan bij hoe, wat en waarom omdat de uitvoering van het werk ons zo in beslag neemt. Ik heb me laten vertellen dat deze tweede editie voorzien is van actuele voorbeelden uit leergangen die nu op de markt zijn en dat er wat meer aandacht voor de praktijk van alledag in terug te vinden zou zijn. Hoe dan ook: een must! Lees er hier meer over

Recensie: 1913, Sommer des Jahrhunderts van Florian Illies

illies-1913Lichtvoetig, vol humor èn vol diepgang, dat kenmerkt het boek van Florian Illies over de avantgarde generatie in 1913, kort voor de grote catastrofe van de Eerste Wereldoorlog.

De cabaretschrijver Peter Ensikat schreef ooit Über Zeitgeist spricht man vorwiegend in Zeiten von Abwesenheit von Geist. Illies kun je zeker geen afwezigheid van geest verwijten. Hij treft in de tijdgeest van 1913  een overstelpende, verwarrende, ziekmakende hoeveelheid Geist aan, in een nerveus tijdperk. Het is de tijd die Illies typeert als Untröstlich, jenseits aller Utopie, aber voller Poesie.

Illies laat zien hoe een generatie aan de vooravond van de grote catastrofe worstelde. Aan bod komen Franz Kafka, Sigmund Freud, Georg Trakl, Arnold Schönberg, Else Lasker-Schüler, Virginia Woolf, Gotffried Benn, Pablo Picasso, Ernst Jünger, Rainer Maria Rilke, Thomas Mann, Robert Musil, James Joyce, Emil Nolde, Marcel Duchamp, Otto Gross, Alfred Brendel, Arthur Schnitzler en dan ben ik er vast nog een paar vergeten.

Illies brengt hen per maand van het jaar 1913 een bezoekje. Op hun huisadres, in hun gedachten en werk, in hun doen en laten, in hun liefhebben, scheppen, wanhopen en worstelen. Als bron dienen fragmenten uit dagboeken en brieven, waardoor intieme inkijkjes ontstaan, op het voyeuristische af. Illies wisselt dit af met nieuwsberichten en fragmenten uit populaire bladen. Door Illies aanpak besef je eens te meer dat de avantgarde nauwe banden onderhield. In de culturele centra Parijs, Wenen, München en in het opkomende Berlijn liepen ze elkaar vaak letterlijk tegen het lijf.

Het lichtvoetige ontstaat door zowel de afwisseling van  korte en lange berichten als Illies commentaren op wat er gebeurt. Het levert verrassende inzichten op, waarbij Illies het – ogenschijnlijk – triviale niet schuwt. Zo komen we erachter dat Hitler en Stalin op hetzelfde moment in Wenen waren en door het park van Schönbrunn hebben gewandeld. Of dat de eerste gedichten van de 15-jarige Bertolt Brecht hartstochtelijke weergaves zijn van de gezwollen krijgshaftige toon van het Duitse keizerrijk. We lezen dat Adolf Hitler een aquarel verkocht heeft. Dat van de gestolen Mona Lisa elk spoor ontbreekt. Of: Rainer Maria Rilke hat Schnupfen. Of: Pablo Picasso besitzt drei Siamkatzen. Marcel Duchamp nur zwei. Und so steht es auch bis heute zwischen den beiden großen Revolutionären: 3 zu 2.

Wie een verering voor een van de genoemde kunstenaars koestert krijgt het voor de kiezen. Want alles wat we in de literatuurgeschiedenis en in Wikipedia niet vinden haalt Illies naar boven. Het excentriek-zoekende (Lasker-Schüler met haar versleten oriëntaalse jurken),  de wanhopige verering (Kokoschka voor Alma Mahler), de depressieve onmacht (Kafka voor zichzelf, Felice Bauer en het hele leven), de zwaarmoedige zelfstilisering (Rilke), de ontnuchtering (Emil Noldes expeditie naar de pure mens), het pedante (De dagrituelen vanThomas Mann), de griezelige profetencultus (Stefan George met zijn gepoederde haar en zijn volgelingen) enzovoorts. Ze voegen zich als puzzelstukjes tot een tijdsbeeld samen.

Florian Illies‘ korte commentaren hierop zijn, nuchter, meelevend of hilarisch – maar altijd treffend. Hij legt de essentie daarin bloot.  Over bloot gesproken. Na een beschrijving van het nieuwe schildersgeluk van Schmidt-Rottluff stelt hij vast dat als het over bloot in diens werk gaat der Kopfmensch Schmidt-Roffluff terugkeert. Hij citeert Schmidt-Rotluff: Es ist nichts anders mit den Brüsten. Sie sind ein erotisches Moment. Aber ich möchte es loslösen von der Flüchtigkeit des Erlebnisses, gewissermaßen eine Beziehung herstellen zwsichen dem kosmischen und irdischen Augenblick. Illies vervolgens:  Von wegen ‚Entzauberung der Welt‘. Sondern: Kosmische Brüste! Eine bislang von der Forschung völlig übersehene anatomische Entdeckung des Jahres 1913.

Een geweldig boek!

Florian Illies 1913 – bij bol.com

Rüdiger Safranski: Goethe – Kunstwerk des Lebens

safra-goetheHoeveel docenten Duits zouden een soort „Goethe fobie“ ontwikkeld hebben? Of misschien wel een soort levertraan-gevoel van vroeger: „Het smaakt niet goed, maar het is gezond dus het zal wel moeten“. Of een regelrechte afkeer? De 19e en 20e eeuw hebben van Goethe, Schiller en consorten ontoegankelijke marmeren kolossen gemaakt, lijkt het wel eens. En hoeveel collega’s – mijzelf incluis – betrappen zich er op dat je na jaren dagelijkse onderwijspraktijk nog slechts terugvalt op enkele veelbesproken teksten, fragmenten en wetenswaardigheden rondom schrijvers en hun tijd („Deze kenmerken van de Sturm en Drang moeten jullie leren, jongens!“). Als een leerling echter zou doorvragen merk je dat de achterliggende wereld mistig geworden is. Geen wonder ook: Je studiejaren liggen alweer lange tijd achter je. Kennis en inzicht verdienen onderhoud, anders verbleken ze al snel tot abstracte gemeenplaatsen.

Maar bovenal was het nieuwsgierigheid, die mij in de boekhandel in Weimar – tja, waar anders bij dit onderwerp – naar de nieuwe (2013) biografie van Goethe leidde. Hij is geschreven door Rüdiger Safranski, germanist, filosoof en (kunst)historicus – en biograaf met staat van dienst (o.a. over Schiller, Heidegger, Nietzsche). Op papier de man met de ideale achtergrond dus om de monumentaliteit van het „merk“ Goethe te lijf te gaan. En dat doet hij gelukkig met verve. 650 bladzijden is nogal een „project“ in onze haastmaatschappij. Gelukkig vind je in de behoefte aan een hanteerbare vorm Safranski aan je zijde. Hij vermoeit de lezer niet met citaten van Goethe-kenners over andere Goethe-kenners. Voor de voetnoten heeft hij een galante manier gevonden:  Ze ontbreken in de lopende tekst, maar achterin wordt aangegeven waar de cursieve citaten naar verwijzen. De hoofdstukken zijn compact van lengte en goed ingedeeld. Hij houdt het bij uitspraken en citaten van Goethe en zijn tijdgenoten zelf: terug naar de levende bron dus.

Daarbij toont Safranski zich bovenal een zorgvuldig en betrokkken lezer. Hij vergelijkt werk, daden en gedachten en verliest zich niet in details. Ook komt zijn nuchtere aanpak niet opdringerig over, net zo min als dat je de indruk hebt dat hier een bepaald denkbeeld over Goethe veranderd zou moeten worden. Safranski wil Goethe zo onbevangen als mogelijk leren kennen – en dat merk je. De treffende karakteriseringen van bepaalde fases in Goethes leven en werk zijn een genot om te lezen. Zo brengt hij Goethe visie op mens, wetenschap, natuur en religie treffend „auf den Punkt“:  „Der bedeutungssuchende Blick in die Natur war für Goethe immer auch die Fortsetzung der Religion mit ästhetischen Mitteln“.

Daarbij ontwijkt Safranski niet de tegenstrijdigheden in de persoonlijkeid van Goethe, maar hij voert ze nooit met aplomb ten tonele, laat het oordelen aan de lezer over. Dit geldt ook voor de mythes rond Goethe. Bijna en passant wordt duidelijk dat er – naar aanleiding van de „Werther“ – geen aanwijzingen zijn dat allerlei mensen zelfmoord pleegden. Net zo min als dat Goethes laatste woorden „Mehr licht“ geweest zouden zijn.

Gaandeweg echter – en zeker in het hoofdstuk waarin Goethes „levenswerk“ Faust besproken wordt – merk je dat Safranski Goethe zo bespreekt dat je met enige regelmaat parallellen trekt naar de maatschappij van nu. Zo moest Goethe niets van het nieuwe tijdperk van de Romantiek – met zijn neiging tot het obscure en occulte, door Goethe als „hocus pocus“ afgedaan – hebben, maar zag ook de nieuwe tijd op zich afkomen, waarin technologie en economie definitief de dominerende waarden in de maatschappij zouden worden, ten koste van kunst en verbeelding.  Even heb je het idee dat Safranski zich daarin bondgenoot van Goethe voelt. Hij ziet in de rol van Mephisto nadrukkelijk veelomvattender dan die van een platte „duivelse figuur“. Mephisto staat ook voor het het jachtige, oppervlakkige genot. De denkstap naar de maatschappij van nu – waarin normen en waarden onder druk staan, consumentisme en oppervlakkig genot op de voorgrond lijken te staan – ligt voor de hand.

Kortom: Safranski heeft een fris geschreven  reconstructie van Goethes leven en werk geschreven, die veel inzicht geeft in de persoon en diens ideeën. Het is op een integere, boeiende manier geschreven en biedt op een toegankelijke manier voldoende diepgang – ook voor de lezer die zich al eens met Goethe bezig hield.

 

Deutsche literaturgeschichte

Deutsche Literaturgeschichte
Wolfgang Beutin u.a. | Metzler Verlag

Een van de vele standaardwerken over de Duitse literatuurgeschiedenis, maar ik merk dat ik altijd weer naar deze teruggrijp. Waarom? Omdat het de literatuur niet geïsoleerd beschrijft maar ook de maatschappelijk-historische kaders goed weergeeft. Niet een boek dat je er even bijpakt om dat ene literatuurlesje voor morgen te kunnen geven, wèl het boek dat je nodig hebt om de broodnodige achtergrondkennis bij te werken of op te bouwen.

Didactiek van het vreemdetalenonderwijs

Didactiek van het vreemdetalenonderwijs

Erik Kwakernaak
Uitgeverij Coutinho, 2009, 422 pagina’s

Dit boek is een dik handboek, dat dieper en inzichtelijker op zaken ingaat dan welk ander Nederlandstalig mvt-didactiekboek op dit moment. Kwakernaak staat bekend om zijn scherpe blik en kritisch „hinterfragen“ van de dagelijkse lespraktijk. Zelf vind ik het een uitstekend boek, zeker voor de gevorderde docent die inmiddels zijn dagelijkse „lesgeefroutines“ opgebouwd maar die bereid is om de eigen lespraktijk te (blijven) doordenken.

Hier nog even de officiële tekst van de uitgever over het boek:

Docenten die lesgeven in een vreemde taal, vertalen abstracte lesdoelen naar de lespraktijk. In Didactiek van het vreemdetalenonderwijs worden theorie en praktijk bij elkaar gebracht door analyse en verdieping te verbinden met praktijkervaringen. Daarmee draagt het boek bij aan de professionalisering van vreemdetaaldocenten.

De auteur geeft een inleiding in de achtergronden van het vreemdetalenonderwijs, met onder meer een praktijkgerichte behandeling van de toetsproblematiek. Daarna volgt de didactiek van de vier taalvaardigheden (lezen, luisteren, schrijven en spreken) en van de deelvaardigheden (uitspraak/spelling, woordenschat en grammatica). Ten slotte komen kennis van land en volk en literatuur aan bod. Bij het boek hoort een website met extra voorbeelden van oefeningen uit leergangen Duits, Engels, Frans en Spaans, opdrachten voor verwerking, toepassing en eigen theorieontwikkeling, en een lijst met aanbevolen titels voor verder lezen en links. Didactiek van het vreemdetalenonderwijs is een handboek voor (aankomende) docenten in moderne vreemde talen in het voortgezet onderwijs voor zowel de onder- als bovenbouw.

Erik Kwakernaak was meer dan dertig jaar lerarenopleider (vakdidactiek Duits) aan de Lerarenopleiding Zuidwest-Nederland (Hogeschool Rotterdam) en aan de Rijksuniversiteit Groningen. Hij publiceert regelmatig in binnen- en buitenland voornamelijk in Levende Talen Magazine.

Moderne vreemde talen in de onderbouw – F. Staatsen

Moderne vreemde talen in de onderbouw

Editie: 2009 | door: Francis Staatsen, Sonja Heebing & Edy Van Renselaar

Dit is een standaard studieboek dat op alle lerarenopleidingen Duits in Nederland gebruikt wordt. Het biedt een overzicht van de laatste stand van zaken op het gebied van de vakdidactiek van alle taalvaardigheden. Ook de recente ontwikkelingen rondom het ERK zijn meegenomen. Een echt „wat doe ik morgen in de klas“ boek is het overigens niet, al zijn er veel voorbeelden van lesmateriaal en keuzes rondom didactisering te vinden.

 

 

DaF-Materialien und DaF-Beratung in ROTTERDAM!

 

GI_Logo_vertical_green_sRGBLiebe Deutschlehrerinnen und Deutschlehrer in Rotterdam und Umgebung,
nachdem es ja jahrelang nichts für den Deutschunterricht in der Bibliothek des Goethe-Instituts Rotterdam gab, hat sich das inzwischen zum Glück geändert!
Sie finden jetzt eine aktuelle Auswahl an Unterrichtsmaterialien, Lektüren, Hörbüchern, Spielen, deutschen DaF-Lehrwerken, DVDs. Falls ein Titel nicht in Rotterdam vorhanden ist, besorgen wir ihn Ihnen aus dem größeren DaF-Zentrum der Bibliothek des GI Amsterdam!

Poster für’s Klassenzimmer gibt es übrigens ebenfalls in der Bibliothek!

Die drei Bücherkisten (3 Niveaus) des Projekts Lesen ohne Grenzen mit jeweils 30 Kinder- und Jugendbüchern plus CDs und DVDs können Sie sich hier anschauen und sie 2-3 Monate ausleihen!

Die Mitgliedschaft (Goethe Kultur-Pass) für die Ausleihe kostet nur 20 Euro im Jahr, bzw. 30 Euro für 2 Jahre und gilt für beide Institute! Sie können damit auch alle Kulturveranstaltungen in den Goethe-Instituten Rotterdam UND Amsterdam kostenlos besuchen.
Öffnungszeiten Bibliothek GI Rotterdam, Westersingel 9, DI – DO 13:00 – 18:30 Uhr.
Online-Katalog der Bibliothek des Goethe-Instituts Rotterdam

Falls Sie Fragen zum Deutschunterricht haben:

Die Expertin für Unterricht am GI Rotterdam, Lydia Böttger, hat das Goethe-Institut zum 1.12.2016 verlassen. Eine/e Nachfolger/in wird in Kürze in Rotterdam anfangen!

Eine Übersicht von Materialien für den Deutschunterricht finden Sie bei www.infodaf.nl.

Muziekreis Berlijn

Muziekreis door het Berlijn van toen en nu

door: Evelyne Levêke, 2010 (2e druk)

Berlijn en muziek is een fascinerend onderwerp. Net als Berlijn zelf. Als er iemand als vertolkster van het oer-Berlijns levenslied gold was het wel Claire Waldoff (1884-1957). Zij zong „Das war sein Milljöh“, hét lied over over Heinrich Zille. Ook al zo’n oer-Berlijns fenomeen met zijn tekeningen en foto’s van het gewone arbeidersbestaan. Het lied is destijds geschreven door Willi Kollo. Ook al zo’n bekende Berlijner, zou je denken. Zoon van de beroemde Walter Kollo, samen goed voor tientallen Berlin-Schlagers. Maar goed, Claire Waldoff kwam toch echt uit de Ruhrpott, Zille uit Sachsen en de Kollo’s, die kwamen uit Oost-Pruisen… In de Melting Pot Berlijn werden ze allemaal… Berlijns!

Voor mij ligt het gelijknamige rode boekje (!) op A5-formaat, dat ik onlangs met veel plezier in één moeite uitlas. Het is een initiatief van Evelyne Levêke, die – zoals zij zelf aangeeft – toevallig in het historische Clärchens Ballhaus belandde en opeens op het idee kwam dat anderen dit móesten zien en dat dat het leukst zou zijn als onderdeel van een muzikale tour door het Berlijn van toen en nu. Zo gezegd, zo gedaan. Op www.musikinberlin.com biedt Levêke allerlei begeleide tour-mogelijkheden aan. Het boek is in feite de basis en de achtergrondinformatie van deze muzikale excursies. Levêke nam contact op met historica Leonor Jonker, die er dit 190 pagina’s tellende boek over schreef.

Lees de complete recensie hier op de communitypagina Vakliteratuur